Er is een merkwaardig psychologisch fenomeen dat de freudiaanse slip wordt genoemd. De uitdrukking betekent dat achter de toevallige reservering onbewuste motieven, onopgeloste interne conflicten en onderdrukte verlangens schuilgaan.
In 1901 werd het boek "The Psychopathology of Everyday Life" gepubliceerd, waarvan de auteur de grondlegger was van de psychoanalyse, arts, psychiater, antropoloog en wetenschapper Sigmund Freud. In zijn wetenschappelijke werk beweert de beroemde Oostenrijker dat een persoon door onbeduidende woorden of foutieve acties zijn onvervulde en onbewuste verlangens uitdrukt. De algemene uitdrukking "Freudiaanse slip" heeft ook een academische naam - parapraxis.
Volgens de theorie van Freud zijn alle foutieve menselijke acties verdeeld in 4 groepen:
- muurpeper, spelfouten, verkeerd horen, voorbehouden;
- namen, namen, gebeurtenissen, feiten, benamingen vergeten;
- foutieve (belachelijke) handelingen;
- nabootsing onverenigbaar met de situatie of woorden.
Freud stond zijn patiënten toe om vrijuit te spreken: willekeurige zinnen en woorden, kleine inconsistenties tussen gedrag en wat er werd gezegd - dit alles stelde de wetenschapper in staat de verborgen psychologische problemen van de patiënt te identificeren. Freud gaf deze methode de naam - The Method of Free Association, die later erkenning kreeg van psychiaters over de hele wereld.
Een persoon realiseert zich niet en herkent zijn onderbewuste motieven en verlangens niet, maar verschillende bedenkingen kunnen wijzen op de aanwezigheid van psychologische problemen en bijbedoelingen.
Een gewoon persoon zal zijn spraakfout uitleggen met een heleboel logische redenen: vergeetachtigheid, overwerk, depressie, gewoon een ongeluk. Voor hem is het zoeken naar een verborgen betekenis in zijn acties een nutteloze en domme bezigheid, maar ondertussen, als je graaft, blijkt dat de oude Freud niet zo verkeerd was, hoewel veel psychotherapeuten met hem zouden argumenteren.
Een van de meest klassieke voorbeelden van Freuds versprekingen is het verwijzen naar een persoon met een andere naam. De vrouw noemt de huidige echtgenoot bijvoorbeeld bij de naam van haar ex-man, wat heel goed kan betekenen: de vrouw heeft de vorige relatie niet helemaal losgelaten, denkt constant aan haar ex-man, is misschien zelfs geïnteresseerd in zijn leven en is jaloers, of haat oprecht. Ook mannen blijven niet achter en noemen hun vrouwen vaak bij de naam van hun minnaressen, met alle droevige gevolgen voor henzelf.
Er zijn nog steeds discussies over de vraag of het nodig is om verborgen motieven te zien in alle spraakfouten, of zijn er ongelukken? Psychologen en psychiaters weten nog steeds geen definitief antwoord.