Men hoort vaak de combinatie "Olympische kalmte" in relatie tot individuen. Iedereen begrijpt dat we het hebben over gelijkmoedigheid, uithoudingsvermogen. Maar weinigen hebben specifieker nagedacht over de betekenis van deze uitdrukking.
In de oude Griekse mythologie is Olympus de berg waar de goden zaten. Voor gewone stervelingen was de ingang gesloten. Noch alarm, noch menselijke ijdelheid kon worden gehoord voor de onsterfelijke goden - er heerste altijd vrede op Olympus. De goden keken onverschillig vanuit de hemel en waren onveranderlijk plechtig, waardig en onverstoorbaar.
Op basis hiervan kan 'Olympische rust' worden uitgelegd als 'goddelijke onverschilligheid'. Een persoon met Olympische kalmte ziet er in onze ogen altijd kalm, ingetogen, onbewogen uit, heeft uitstekende zelfbeheersing en is koelbloedig.
Natuurlijk speelt erfelijkheid een bepaalde rol in het feit dat een persoon dergelijke karaktereigenschappen heeft, maar in feite is het het resultaat van nauwgezet werk aan zichzelf, dit is geen geschenk van het lot, maar de vorming van karakter.
Een persoon met een Olympisch karakter heeft waarden, hij is vastbesloten om zijn doelen te bereiken. Maar tegelijkertijd heeft hij een uitstekend gevoel voor verhoudingen en vermijdt hij extremen. Soms lijkt het erop dat een doelgericht en actief persoon gedoemd is tot constante opwinding en stress. Maar dit is niet het geval. Gematigd, koelbloedig, hij houdt een duidelijk beeld van zijn verlangens - dit geeft hem stabiliteit. Hij wordt niet afgeleid door kleinigheden en gaat constant vooruit.
Het geheim van Olympische sereniteit is om je omgeving te behandelen zonder onnodige vooringenomenheid. Als een persoon denkt dat hij omringd is door vijanden, dan is hij constant gespannen, vertrouwt hij niemand, verwacht hij alleen bedrog en truc. En met zo'n levenshouding is het moeilijk om succes te behalen, omdat het alle tijd kost om jezelf te beschermen tegen de slechte mensen om je heen. Daarom kan zo'n persoon moeilijk kalm en onbewogen genoemd worden.
Te veel gehechtheid aan de omgeving voegt ook geen Olympische vrede toe aan een persoon. Een persoon lijkt op één plek te bevriezen, al zijn gedachten en acties alleen op zijn dierbaren te richten, en zich constant zorgen te maken over hen. Door zo'n opwinding kan hij niet vooruitgaan, volledig deelnemen aan het leven.
Om olympische gemoedsrust te bereiken, is het daarom noodzakelijk om onderscheid te maken tussen kleine vervelende incidenten van echt grote storingen, en niet te serieus stil te staan bij vervelende momenten. Met gemak en humor door het leven gaan, anderen begrijpen en vergeven.